zaterdag 29 augustus 2009

Warming-up Wandelspel

Materiaal
Fluitje

Uitvoering
De pupillen lopen op het veld door elkaar heen. Wanneer er wordt gevloten roept de trainer een getal. De pupillen vormen groepjes van het aantal dat is geroepen. In ieder groepje geven de pupillen elkaar een hand en noemen de naam van de andere pupil.
Het aantal dat wordt genoemd varieert steeds.

Variaties
In plaats van eenvoudigweg door elkaar heen lopen kunnen er verschillende opdrachten worden gegeven. Bv. hinkelen, huppelen, hand-in-hand lopen, laag bij de grond lopen, huppen met beide voeten tegen elkaar aan, etc. etc.

Tikspel in een cirkelvorm

Materiaal:
Pilonnen, één minder dan het aantal kinderen.
(bij een grote groep kan ook één pilon per twee kinderen worden gebruikt)



Organisatie:
Zet met pilonnen een cirkel uit. Zorg dat er precies één pilon minder is dan het aantal kinderen.



Stofomschrijving:
Er is één "tikker", de andere kinderen gaan bij een pilon van de cirkel staan. De tikker rent rustig aan de buitenkant om de cirkel. De tikker mag tijdens het rennen een kind op de schouder tikken en "kom mee" of "ga weg" roepen. In het eerste geval rent het kind in dezelfde richting als de tikker, in het andere geval rent het kind in de tegengestelde richting. De tikker en het kind sprinten een heel rondje om de cirkel. Wie als eerst terug bij de pilon is, wint de race.


Het kind dat als laatst terug bij de pilon is, wordt de nieuwe tikker. Deze gaat weer rustig om de cirkel rennen. Als vaker hetzelfde kind de tikker is, kan je als trainer ingrijpen (een ander kind kiezen). Een andere mogelijkheid is dat het aangetikte kind altijd de nieuwe tikker wordt.


Variatie mogelijkheden:
  • In de plaats van één pupil twee pupillen die als team samenwerken. Bij iederen pion staan dan ook twee pupillen. Dit is een mooie variant wanneer de groep groot is en de pupillen te veel stil dreigen te staan...
  • Tussen de tik spelletjes door kan je de pupillen gelijktijdig rond de cirkel laten rennen. Allen in dezelfe richting, afwisselen één of twee rondjes. Raken de pupillen weer wat vermoeid ga dan weer verder met het tik spel.
  • Er kunnen verschillende opdrachten worden gegeven die de pupillen tijdens het rennen moeten uitvoeren. Huppelen, hinkelen, etc etc.
Note: gebaseerd op een Oefenvorm van jeugdatleet.nl

Eierrace

Leuke spelvorm voor mini-pupillen en pupillen C/B om het sprinten te oefenen in combinatie met behendigheid.

Benodigd
- 4 lepels (1 lepel per groep)
- 4 tennisballen (1 bal per groep)
- 4 eieren (1 ei per groep)
- minimaal 5 pionnen om de lijnen te markeren

Opzetten van het parcours
Zet op het grasveld of op de sintelbaan als volgt een parcours uit.
- Startlijn 0, gemarkeerd door 1 pion.
- Lijn 1 20 meter na de startlijn, gemarkeerd door 1 pion
- Lijn 2, 20 meter na lijn 1, gemarkeerd door 1 pion
- Lijn 3, 20 meter na lijn 2, gemarkeerd door 1 pion
- Lijn 4, 20 meter na lijn 3, gemarkeerd door 1 pion

In totaal is het parcours dus 80 meter. Het maakt niet uit of dit 1 lange rechte lijn is, of dit meeloopt met de bocht van de sintelbaan.

Uitvoering
Formeer groepjes van 4 (5 mag ook) kinderen van gelijkwaardig niveau. 1 kind krijgt de lepel en de tennisbal. De andere 3 kinderen stellen zich op achter de startlijn. Na het startteken sprinten de 3 kinderen zo snel mogelijk naar lijn 1. Op moment dat de laatste van deze 3 kinderen de lijn heeft gepasseerd wordt een arm omhoog gestoken als teken dat degene met de lepel en de bal mag starten om zo snel mogelijk, zonder de bal te laten vallen, naar de andere 3 kinderen te lopen. Schiet de bal van de lepel, pech! Terug naar de lijn en opnieuw beginnen.

Aangekomen bij de 3 kinderen wordt de lepel en bal overgedragen aan een ander kind. Zodra dat heeft plaatsgevonden, sprinten de overige kinderen naar lijn 2. Opnieuw, zodra het laatste kind over de lijn is, wordt de hand opgestoken en kan het kind bij lijn 1 met de lepel en bal starten.

Dit herhaalt zich bij lijn 3 en bij lijn 4. Zijn alle kinderen bij lijn 4 aangekomen, m.a.w. het laatste kind met de lepel en bal heeft de 3 andere kinderen bij lijn 4 bereikt, dan sprinten alle 4 de kinderen zo snel als mogelijk terug naar de startlijn (een sprint van 80 meter dus!)

Eerst een paar keer uitleggen en oefenen, daarna werkt het stimulerend om er bijvoorbeeld een wedstrijd van te maken en punten te geven aan elk team in volgorde van binnenkomst en dit 3 a 4 keer te herhalen. Als bonus kan de laatste race met echte eieren gelopen worden, de kinderen vinden dat erg spannend, zeker als je vertelt dat de eieren niet gekookt zijn ;-)